Deel 6: Vaquero's en flamingo's

13 maart 2023 - El Rocío, Spanje

13 maart 2023, El Rocío

DSC00478(c) Colinda Vergeer

Ik herken de weg van Sevilla richting Matalascañas. Voorbij Almonte worden de borden aangegeven op A-483 richting el Rocío. Ik ben benieuwd hoe dit dorp eruit ziet na 20 jaar. Zou het nog steeds uit zandige wegen bestaan, of is het inmiddels geasfalteerd? Twintig jaar geleden verwachtten enkele inwoners dat de karakteristieke zandwegen plaats zouden maken voor auto’s. Is het overladen met toeristen? Maar nog belangrijker hoe is het met de Iberische lynx?

Voor aan het dorp staat een bord dat je er met de camper niet mag overnachten. Ik rijd een camping eigenwijs voorbij en ik stuur onze Grote Vriendelijke Reus naar een zandparkeerplaats naast een politiebureau. Robbert kijkt mij vragend aan. Ik haal mijn schouders op. Als Marieke zegt dat ze hier mag staan, mogen wij dat vast ook. En anders vragen we het ze. Marieke is een Nederlands meisje van begin 30, een surfer, digital nomad en inmiddels expert in mijn ogen, want ze rolt al 2,5 jaar in haar hymer door Spanje en Portugal. Zij zal het wel weten. Er staan een viertal andere campers naast het politiebureau. Maar voor de zekerheid vraag ik het nog even na bij een Engels stel. Ook zij gaan hier vannacht overnachten. Dus het zal wel goed komen.

Ik bewonder het dorp en we lopen direct naar een groot moerasachtige plas. “Flamingo’s Laia!”. “Oh wauw”, roept ze verrukt. “En zwarte ibissen, en kijk dat is een lepelaar!... Robbert hier is Lara!” Ik duw hem de riem van Lara in zijn handen en ren terug in mijn sandalen over de zandpaden naar de camper. Ik had niet verwacht mijn camera en verrekijker zo snel nodig te hebben.

DSC00133(c) Colinda Vergeer

Het dorp is haar authenticiteit niet verloren. Ja ik zie nog steeds meer auto’s dan paarden, maar voor ieder huis, restaurant en winkel staan er houten balken waar je je paard aan vast kan maken. Ik zie hier en daar een ruiter op zijn Andalusische paard voorbij komen. De vaqueros gaan hier nog te paard naar de kerk, het restaurant of de kroeg. De wegen zijn hier nog van zand, zoals in de oude spaghetti westernfilms. Het enige verschil is dat de huizen hier niet van hout zijn maar van witte stenen met vaak geel gekleurde kozijnen. Soms zie je nog een oude houten poort waar een nieuw ijzeren hek voor staat die versierd is met ornamenten.   

De Spaanse cowboy’s zijn goed en netjes gekleed in een schoon gestreken overhemd. Geen gaten in de kleding of hoeden zoals ik de cowboys uit Amerika ken. Ze rijden hun paarden altijd op één hand. Vroeger was dat handig zodat ze een hand vrij hadden om de koeien op te drijven. Nu is het handig omdat je altijd één hand vrij hebt voor je mobiel.

Er leven zo’n 1500 inwoners in het kleine dorpje maar er komen jaarlijks wel 1,5 miljoen passanten. Dat zijn niet alleen maar toeristen die voor het authentieke Spaanse dorpje komen, of het nationaal park Doñana bezoeken. De meeste bezoekers komen samen rond Pinksteren om de Heilige Maagd van El Rocío te eren. Het is de allergrootste en belangrijkste bedevaart van Spanje waar zo’n 95 broederschappen uit heel Spanje voor naar El Rocío komen. Met een speciale vergunning doorkruist de hele stoet in twee dagen Doñana nationaal park. Trotse sterke mannen dragen het gouden standbeeld van de heilige maagd versierd met bloemen door de straten van het pittoreske dorpje. Het is een groot festival waar Andalucía het meest tot haar recht komt, met ruiters in hun beste kledij op hun paarden, flamenco muziek en dames in kleurrijke flamenco jurken.

Zelf ben ik niet zo van de een miljoen mensen, dus ik sla het pinksterweekend graag over. Maar ieder ander weekend is zeer geschikt om het pittoreske dorpje te bezoeken.

Hoewel de paden hier zandig zijn, is het hier allerminst een zandige bende. Hier hebben de mensen smaak. De winkeltjes getuigen van vakmanschap. Laarzen worden nog lokaal met de hand gemaakt volgens het recept van opa. Het doet mij denken aan de Disney film Coco.

Nette blouses hangen naast smaakvolle hoeden. In andere winkeltjes worden de flamenco jurken gepast.

Toch kom ik eigenlijk niet voor de Andalusische paarden, de flamenco, of het authentieke dorp zelf. Ik kom hier voor de Iberische lynx. Daarover meer in de volgende blog.

Foto’s